SLUIT DIT VENSTER

 

Spanning, stroom en weerstand


De begrippen spanning, stroom en weerstand kunnen het best worden uitgelegd met de vergelijking van een tuinslang. De spanning, in Volt uitgedrukt, is de hoeveelheid druk op de slang. De stroom is de hoeveelheid water die door de slang loopt. Deze wordt in Ampère uitgedrukt. Knijpt men nu de slang een stukje in, onstaat er een weerstand die de hoeveelheid water aan het uiteinde van de slang beïnvloedt. Zoals je begrijpt verhouden de drie zich altijd met elkaar op een manier die altijd gelijk is. Elk electrisch apparaat heeft een bepaalde weerstand en trekt dus altijd een bepaalde stroom. Anders uitgedrukt bepaalt de weerstand in de tuinslang de druk aan het uiteinde van de slang en de hoeveelheid water die wordt verbruikt. Een gloeilamp bijvoorbeeld heeft ook een weerstand die er voor zorgt dat hij aangesloten op bijvoorbeeld een accu een bepaalde stroom trekt. Door middel van de gegevens op de lamp kan worden berekend hoeveel die stroom is. Dit is belangrijk om te weten in verband met onder andere de hoeveelheid stroom die de autoaccu moet gaan leveren.

Op een lamp staat bijvoorbeeld de spanning en het aantal Watt's opgegeven. Om nu te weten hoeveel stroom deze lamp trekt, gebruiken we de volgende formule.
Het aantal Watt is gelijk aan het aantal Volt maal het aantal Ampère.
Een autolamp is bijvoorbeeld 24 Watt en de aangegeven spanning is 12 Volt.
Watt is gelijk aan spanning (Volt) maal de stroom (Ampère).
Dus: 24 Watt is gelijk aan 12 Volt maal de stroom. De stroom is dus 2 Ampère.

Zo kunnen we onder andere bepalen hoe groot een zekering moet zijn om een autolamp te beveiligen. Ook kunnen we nu berekenen hoe groot een accu moet zijn of hoe zwaar een schakelaar moet worden uitgevoerd.



 TOP OF PAGE ↑ 


© Marinus Rijkers.   Disclaimer