De
Rolls-Royce Silver Shadow is op de markt gekomen
in 1965. Hij werd voor het eerst aan het publiek
getoond op de autoshow van Parijs op donderdag 7
oktober 1965. Hij was de opvolger van de
Rolls-Royce Silver Cloud III en hij is zelf in 1980
opgevolgd door de Rolls-Royce Silver Spirit en
Silver Spur. Toch is de Rolls-Royce Corniche, de
cabriolet-versie van de Silver Shadow, nog tot in
1995 in productie gebleven.
De Rolls-Royce Silver Shadow
geportretteerd op de officiële brochure uit
1965.
Succesmodel
De Rolls-Royce Silver Shadow is tot nu toe de
best verkochte Rolls-Royce aller tijden. Het
precieze productie-aantal is opgenomen in de
tabel verderop op deze pagina. Het was ook het
eerste model dat de Rolls-Royce-fabrieken een
behoorlijke winst bracht na het succesmodel
Silver Ghost uit de beginjaren van het merk. Dat
Rolls-Royce op 4 februari 1971 toch failliet
ging, werd veroorzaakt door het debacle van de
RB211 vliegtuigmotor. De Silver Shadow was en
bleef succesvol en overleefde de crisis.
Bentley
Lange tijd liepen de evolutie van Rolls-Royce en
Bentley evenwijdig. Kwam er een nieuw model
Rolls-Royce op de markt, dan kwam er een nagenoeg
identieke Bentley op de markt. Zo kende de Silver Shadow (op de foto de linker auto) als broertje
de Bentley T (op de foto rechts).
De Bentley-modellen haalden
echter bij lange na niet de productie-aantallen
van Rolls-Royce. De verkoopsuccessen van Bentley
begonnen pas in belangrijke mate te verbeteren
toen in 1982 de Bentley Mulsanne Turbo op de
markt kwam. Maar dat was in de periode ná de
Silver Shadow.
Modelkenmerken
De Silver Shadow was de eerste Rolls-Royce met
zelfdragende carrosserie. Alle Silver Shadows
hadden standaard een V8-motor, een automatische
versnelling, rondom schijfremmen en
onafhankelijke wielophanging. De Silver Shadow
was - in tegenstelling tot de voorgaande
Rolls-Royces - ontworpen om zelf te rijden en
niet meer bij uitstek om gereden te worden.
Productie-aantallen
In totaal werden er 40.997
auto's gebouwd op basis van de Silver Shadow.
Voor een precies overzicht van de modellen en hun
productie-aantallen kunt u een kijkje nemen in het modellenoverzicht.
Modelwijzigingen
Gedurende de vele jaren dat de Silver Shadow in
productie was, werden er diverse modelwijzigingen
doorgevoerd. Het betrof niet alleen nieuwe
carrosserievormen, maar ook technische
wijzigingen. Ook deze zijn te vinden in het modellenoverzicht.
Chassisnummers
De chassis-nummers van de Rolls-Royce en Bentley
hebben elk een eigen verhaal. Van deze nummers is
niet alleen het bouwjaar af te leiden. Ook
verbergen ze vele eigenschappen van het model.
Deze website besteedt zeer uitgebreid aandacht
aan de boeiende systematiek van de chassis-nummers van
de Rolls-Royce Silver Shadow, de Bentley T en de
afgeleide modellen.
Op de betreffende pagina's vind je ook precies op
welke chassis-nummers technische wijzigingen zijn
doorgevoerd.
Breuk met de
traditie
(onderstaande tekst is
overgenomen uit het blad Automobiel, 22e
jaargang, nummer 2, februari 2001, pagina 24, uit
een artikel over een Rolls-Royce Silver Shadow
DHC uit 1969, geschreven door Ton Lohman)
Toen in oktober 1965 de nieuwe generatie
Rolls-Royces en Bentleys getoond werd, was de
schok onder de traditionele liefhebbers van het
merk groot. De tien jaar ontwikkelingstijd die de
fabriek in de nieuwe modellen had gestopt,
resulteerde in drie stijlbreuken: de auto had een
zelfdragende pontoncarrosserie, onafhankelijke
wielophanging rondom en vier schijfremmen.
Daarbij week hij uiterlijk bijzonder af van zijn
statige voorganger, de Silver Cloud, die er al
een carrière van tien jaar op had zitten. Kale
chassis voor speciale koetswerken waren voortaan
dus niet meer leverbaar. De Silver Shadow was
minder lang, minder breed, minder hoog, kortom
van alles minder, behalve de binnenruimte. Het
was de kortste Rolls sinds 1906. De carrosserie
was van de hand van J.P. Blatchley en hij was
erin geslaagd een moderne koets te tekenen die
toch ook weer onmiskenbaar klassiek gelijnd was.
Dank zij de zelfdragende constructie was er veel
meer plaats voor de inzittenden en de bagage. En
de ingenieurs waren er wederom in geslaagd om de
klasse van het merk van de wagen te laten
strálen. De grille en de dubbele koplampen waren
gebleven, maar die grille was nu minder hoog. De
motor van de laatste Cloud troffen we ook aan in
de Shadow, zij het dat er modificaties gedaan
waren. Een belangrijke daarvan was de ingrijpende
modernisering van de cilinderkoppen. Men had de
vorm van de verbrandingskamers verbeterd en de
voorheen zo moeilijk bereikbare bougies naar een
handiger plaats verhuisd.
Van Citroën had men het patent op de
hydraulische vering gekocht om de wagen op een
constant niveau te houden. De twee hydraulische
pompen werden aangedreven door de nokkenas. De
viertraps Hydramatic automaat was iets verbeterd,
maar deze zou later in juli '68 toch moeten
wijken voor een nieuwe drietraps automaat die al
wel voor de VS van meet af aan werd ingebouwd. De
klanten van Rolls-Royce interesseerden zich
natuurlijk helemaal niet voor de technische
component. Het uiterlijk, het interieur en de
merknaam waren het voornaamste.
In de wagen zelf waren vaste waarden weer alom
aanwezig: walnotenhout en Connolly leer. Het
instrumentarium was nu voor de bestuurder
geplaatst en niet langer centraal. Voor de
chauffeur was dat prettiger, voor de fabriek niet
omdat men nu twee modellen dashboards moest
leveren voor links- en rechtsgestuurde auto's.
Een Rolls was ondanks de reputatie niet overdadig
van snufjes voorzien en voor vele zaken moest
extra worden betaald. In het optiepakket zaten
o.a. airconditioning, getint glas, leren
hemelbekleding en schapenvachtjes voor op de
vloer.
De Silver Shadow en zijn broertje de Benley T
waren een onmiddellijk kassucces en er ontstond
een wachtlijst van wel twee jaar voor de
aflevering. Exemplaren van 1 à 2 jaar oud
brachten nog net zoveel op als een nieuwe.
In 1969 kwam de versie met verlengde wielbasis
uit; hij had in sommige gevallen een
separatieruit en dubbele airco. De gewone
modellen hadden die klimaatregeling vanaf mei '69
standaard aan boord. Voor 1970 vergrootte Crewe
het motorvolume van 6230 naar 6750 cc. De
vermogenswinst die dit opleverde ging voor
exportmarkten als Amerika, Japan en Australië
teniet vanwege de inbouw van een katalysator en
andere beperkingen van uitlaatgasemissie. Het
interieur kreeg wat aanpassingen die alle met de
veiligheid van de wagen te maken hadden. De
niveauregeling van de vooras verdween en de wagen
kreeg standaard centrale deurvergrendeling en een
roestvrijstalen uitlaat.